ELEKTROCONVULSIETHERAPIE (ECT) - ALGEMEEN

ECT is de afkorting van elektroconvulsietherapie. Het is een behandeling die wordt toegepast in de psychiatrie bij verschillende ziektebeelden. Deze behandeling werd in 1939 in Nederland geïntroduceerd. Artsen stelden toen vast, dat bepaalde patiënten na het krijgen van een epileptische aanval, tijdelijk een verbetering van hun symptomen ondervonden.

Door nu - kunstmatig - een epileptische aanval, of een toeval, bij een patiënt op te wekken, en dit enkele malen te herhalen, kunnen mensen met bijvoorbeeld een ernstige depressie zich beter gaan voelen en zelfs geheel herstellen. De behandeling is in de loop van de jaren steeds meer verfijnd. Zowel binnen als buiten Nederland is veel ervaring opgebouwd. De behandeling is veilig en doeltreffend gebleken.

De huidige manier van behandelen lijkt nog maar weinig op de vroegere zogenaamde elektroshocktherapie, ook wel shocken genoemd. Die behandeling was omstreden en is om die reden in Nederland jarenlang verdwenen geweest. De laatste jaren neemt het aantal patiënten dat ECT ondergaat echter weer toe. ECT vindt nu onder narcose plaats, er is meer bekend over de techniek van de behandeling en de apparatuur is sterk verbeterd. Hierdoor is de behandeling thans veiliger geworden en algemeen geaccepteerd. Er bestaan duidelijke richtlijnen voor de toepassing van ECT. Deze zijn vastgelegd in de uitgave Richtlijn Elektroconvulsietherapie van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie.