22 sep 2015

Monodisciplinaire richtlijn ADHD bij volwassenen (fase 1) gepubliceerd

De Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) heeft een richtlijn ontwikkeld voor diagnostiek en medicamenteuze behandeling van volwassenen met ADHD. De richtlijn geeft aanbevelingen ter ondersteuning van de praktijkvoering van psychiaters die betrokken zijn bij de zorgverlening aan volwassenen met ADHD en handvatten voor state-of-the-art diagnostiek en medicamenteuze behandeling. Daarmee draagt de richtlijn bij aan herkenning en behandeling van adhd op volwassen leeftijd, wat een groot verschil kan maken voor degene die eraan lijdt en zijn of haar omgeving.

ADHD bij volwassenen
ADHD bij kinderen wordt al decennia herkend en behandeld. ADHD bij volwassenen is echter een relatief nieuwe diagnose. De complexiteit van ADHD bij volwassenen maakt dat deze stoornis in de gespecialiseerde GGZ vastgesteld en behandeld dient te worden. Tot op heden ontbrak het aan een evidence-based richtlijn voor diagnostiek en behandeling van ADHD bij volwassenen.

Zorgstandaard ADHD
In de nieuwe richtlijn (fase 1) worden uitsluitend de onderwerpen ‘diagnostiek’ en ‘medicamenteuze behandeling’ beschreven. De onderwerpen ‘comorbiditeit’ en ‘niet-medicamenteuze behandeling’ worden toegevoegd aan de richtlijn in een vervolgproject; de ontwikkeling van de Zorgstandaard ADHD voor alle leeftijden. Het Netwerk Kwaliteitsontwikkeling GGZ gaat in 2015 van start met de ontwikkeling van deze Zorgstandaard ADHD. Tot die tijd stelt de richtlijn (fase 1) de norm voor het medisch professioneel handelen van psychiaters inzake de diagnostiek en medicamenteuze behandeling van ADHD bij volwassenen. 

Conclusies en aanbevelingen
Op basis van de resultaten van wetenschappelijk onderzoek, praktijkervaringen en andere overwegingen stelt de richtlijncommissie dat de diagnose ADHD bij volwassenen betrouwbaar kan worden vastgesteld door een deskundig psycholoog of psychiater met een uitgebreid diagnostisch interview en informatie van de patiënt (en evt. omgeving) over zijn/haar klachten en disfunctioneren.
Of medicatie wordt voorgeschreven hangt onder meer af van de ernst van de stoornis, de risico’s van wel/geen medicijnen geven en de mogelijke bijwerkingen. Het gaat hierbij altijd om een balans voor de individuele patiënt, die door arts en patiënt samen worden afgewogen.
Uit wetenschappelijk literatuuronderzoek en klinische ervaring met de behandeling van volwassenen met ADHD blijkt dat de voordelen van stimulantia opwegen tegen de nadelen en dat de veiligheidsaspecten (de gevolgen van bijwerkingen) bij goede monitoring beheersbaar zijn. Methylfenidaat en dexamfetamine zijn de middelen van eerste keuze in de medicamenteuze behandeling van volwassenen met ADHD. Langwerkende preparaten verdienen hierbij de voorkeur. Beide medicijnen, mits door een deskundige voorgeschreven, kunnen veilig worden toegepast bij volwassenen en zijn aantoonbaar effectief in de vermindering van klachten.

Bekijk hier de Richtlijn ADHD bij volwassenen, fase 1 diagnostiek en medicamenteuze behandeling